We stopten ons weg voor de andere juffen. Ssssst!
Daar lopen ze in de verte!
3,2,1... kiekeboe!
We zochten naar kleine kriebeldiertjes.
We maakten muziek met takjes die we vonden op de grond.
We zochten naar mos.
We zongen een kabouterlied.
We vonden een boomhut.
We vonden paddenstoelen.
We maakten een tekening met stokjes in de aarde.
We maakten een kring rond een dikke boom.
We mochten nog even spelen maar wel dicht bij de juf.